Stad / Streek
Pafos
Hotels:
Elysium (tripadvisor)
Reisverslag
Op zoek naar een zonzekere bestemming, maar om tegelijkertijd niet al te ver te hoeven vliegen, komen we uit bij Cyprus. Het is slechts vier uur vliegen en we hebben inderdaad een week iedere dag volop zon en temparaturen rond de 30-35 graden, wat wil een mens nog meer. We vliegen voor het eerst met Transavia en verwachten het ergste. Maar het valt best mee. Het vliegtuig is gelukkig niet vol en we hebben met tweeën, drie stoelen tot onze beschikking. Er is geen maaltijd inbegrepen, maar wel is alles te koop aan boord (koffie 2 euro, broodjes 3,50 euro etc. etc.).
De luchthaven van Paphos is klein en zeer gemoedelijk. Paspoorten worden amper gecontroleerd, maar we vragen wel een stempel als bewijs dat we toch echt ook op Cyprus zijn geweest. Met een grote bus worden we, na eerst nog drie andere hotels aangedaan te hebben, als laatste en enigen bij het Elysium afgezet. Het is een schitterend hotel met prachtige architectuur en heel veel gevoel voor details en decoratie. Hoewel we gelezen hadden dat de kamers behoorlijk klein zouden zijn viel dat toch alleszins mee, we krijgen een uitstekende en luxe aangeklede kamer die groot genoeg is.
De eerste twee dagen liggen we heerlijk bij het schitterende zwembad, op mooie houten bedjes die speciaal worden opgemaakt. Het strand bij het hotel stelt niet veel voor, maar het zwembad is enorm groot, heerlijk van temperatuur dus we missen niets. Hoewel er diverse restaurants in het hotel zijn, zijn de prijzen zo schrikbarend duur (alleen het dagelijkse diner-buffet is al zo’n 45 euro p.p., om het nog maar niet te hebben over de a la carte prijzen in de overige restaurants) zodat we iedere avond buiten de deur gaan eten. Op korte afstand van het hotel is een lange straat met een aaneenschakeling van restaurantjes en barren, vooral op de Engelse smaak afgestemd. Maar tussen al het fish-and-chips-geweld vinden we toch nog genoeg leuke tentjes. Zo eten we achtereenvolgens Italiaans, Indiaas, Mexicaans, bij de Pizza-hut, Thais en Italiaans/TexMex. Uhh.. geen typisch Cypriotische keuken dus, maar die is dan ook niet echt te vinden.
Na twee dagen aan het zwembad is het tijd voor actie. We hebben via de hostess van Sudtours een RAV-4 gehuurd. Dit wordt uiteindelijk een Mitshubishi Pajero voor hetzelfde geld, omdat de RAV-4 die ochtend door iemand anders in elkaar is gereden. Een mazzeltje voor ons, de Pajero is nog groter en is ideaal voor de tocht. We rijden naar het Akamas-schiereiland waar de wegen onverhard zijn en Patrick al zijn jeep-safari-talenten kan uitleven. Prachtige uitzichten, schitterende bergen, slingerende kiezelpaden met heel veel gaten en bulten, het landschap is woest en ruig met altijd op de achtergrond de prachtige azuur-blauwe zee. We verwonderen ons wel heel erg over de toeristen die met een gewone auto dezelfde route afleggen, arme auto, arme mensen, van beiden blijft volgens ons niet veel heel.
Na enkele uren komen we weer op de verharde weg en vervolgen we onze weg naar de baden van Aphrodite (een stuk rots in de zee) en door naar Polis. Vandaaruit gaan we naar de grens met Noord-Cyprus, het gedeelte dat is bezet door de Turken. Overal zien we bordjes met verboden te fotograferen, militaire objecten en uiteindelijk in een dorpje rijden we tegen de grens. Bij het zien van de militair met groot geweer draaien we maar snel weer om en rijden we dezelfde weg weer terug, een andere route is er niet. Raar idee dat op zo’n gewoon eiland je ineens toch in een heel andere sfeer terechtkomt. Maar het is een schitterende tocht die ons heel de noord-west-kant van het eiland laat zien.
De volgende dag met de auto gaan we naar het Troodos-gebergte, met als hoogtepunt de berg Olympus op 1950 meter. Ook hier rijden we steeds over kleine, deels onverharde wegen, en zijn we blij met de Pajero. Opnieuw de prachtigste landschappen, nu afgewisseld met heel erg authentieke dorpjes waar de straten zo smal zijn dat we er met de jeep bijna niet doorheen kunnen. Maar alles gaat goed, en met wat omwegen over wel heel erg verlaten weggetjes door het gebergte komen we uiteindelijk op het hoogste punt. Veel toeristen gaan er heen om er lange wandelingen te maken, maar dat is ons toch iets te sportief en we rijden lekker in de airco uiteindelijk weer terug naar de lager gelegen gedeelten. Omdat het toch wel erg warm is, en we vanwege alle kleine weggetjes niet echt opschieten laten we ook de kloosters (die je toch echt gezien moet hebben zo lezen we in onze reisgidsen) voor wat ze zijn en genieten we vooral van het landschap, de dorpjes en de vergezichten. Uiteindelijk doen we nog een poging om iets cultureels mee te nemen, maar helaas is de plek met opgravingen en museum gesloten, dus de cultuur bewaren we maar voor een andere keer.
Na twee dagen rijden zijn we al over de helft van de vakantie heen. We hebben nog drie dagen die we gebruiken om heerlijk te relaxen aan het zwembad, beetje lezen, beetje zwemmen, beetje slapen, het is net vakantie. Net als veel anderen lezen we het Bernini-mysterie van Dan Brown, (Angels and Demons in het Engels), zoals we op vorige vakanties iedereen met de Da Vinci-code zagen. Grappig om te zien hoe internationaal een best-seller kan zijn.
De laatste dag vertrekken we pas s avonds om 19.40 uur, dus hebben we nog een hele dag, en hoewel we moeten uitchecken om 12.00 uur, kunnen we om 18.00 gebruik maken van een courtesy-room. We worden deze keer opgehaald door een Mercedes-taxi voor ons alleen. Het vliegtuig vertrekt met slechts tien minuten vertraging en is nu zelfs maar halfvol. Daardoor hebben we ieder drie stoelen tot onze beschikking wat ook deze vlucht heel erg doet meevallen. Uiteindelijk zijn we om half vier snachts thuis en kijken we terug op een heerlijke ontspannen, gezellige en mooie vakantie op Cyprus.